Frits Van Wanrooy

Waar hij precies vandaan kwam heeft Frits mij nooit verteld, behalve dat hij in Leiden had gewoond. Ook over zijn achtergronden is mij niet veel bekend, hij was er gewoon. Ik heb dan ook niet de intentie hier een biografische beschrijving te geven. Deze pagina dient gezien te worden als een eerbetoon en een herinnering, maar bovenal een dankbetuiging aan de ‘maestro’. Wij van Cold Turkey hebben veel van hem geleerd, niet alleen wat betreft muziek maar ook over het levenskunstenaarschap.

Hoewel Frits voor ons allen veel te vroeg is vertrokken heb ik de overtuiging dat hij zelf zal vinden dat hij geen minuut te kort heeft geleefd. Iedereen die in de periode 1980-1995 Hofje Vredebest in Den Haag regelmatig bezocht of hier woonde zal zich Frits herinneren, het huisje waarin hij woonde, waar door de immer open deur altijd pianomuziek naar buiten kwam. Toen Bertus hier in 1980 zijn stek vond woonde Frits er al een tijdje, met zijn onafscheidelijke hond Blitser. Hoewel onafscheidelijk… Blitser was een even vrije geest als Frits en trok er regelmatig alleen op uit om achter de vrouwtjes aan te gaan en stukjes worst bij een of andere slager te bietsen.

[widgetkit id=53]

Even als de meeste huisjes in ‘De Hof’, zoals het hofje door intimi werd genoemd, was ook dat van Frits niet best meer geoutilleerd. De woningen zelf waren in al niet meer te beste staat en ook de energievoorziening was het vaak niet geweldig geregeld. Omdat de gemeente al lang sloopplannen had werd er niet meer in de huizen geïnvesteerd. Je kon wel een aansluiting krijgen bij het Gemeente Energie Bedrijf, maar dat was een hoop gedoe en kostte veel geld. Dit deerde Frits niet. Stroom kon je betrekken middels een ‘lijntje’ bij buren die wel een aansluiting hadden en koken deed hij met een oliestel of buiten op een Hybachi barbecue, die je voor een tientje bij Kwantum kon kopen. Ter verwarming had hij een bij een vriend betrokken houtkachel: een op de zijkant geplaatst olievat op stalen pootjes met een pijp bovenop en een klep in de voorkant voor de brandstoftoevoer, waarin hij onder meer de door drummer Anthony gebroken drumsticks in verbrandde. Samen met een tafel en een paar stoelen vormde dit zo’n beetje het enige meubilair in Frits’ woonkamer. Tegen de muur stond een oude, nooit helemaal goed gestemde piano, met een karakteristiek ‘tingeltangelgeluid’. Regelmatig was ook zijn Amerikaanse vriendin Nancy in de buurt. Iedere eerste lentedag van het jaar placht de altijd goed geluimde Frits te begroeten met zijn onvermijdelijke uitroep “Het is weer lente, ik voel het aan m’n instrumente!” Waarbij overigens niemand ooit heeft gedacht dat hij hiermee zijn keyboards bedoelde ?.

Op de kettingkast van zijn zwarte klassieke herenfiets had hij met witte verf de ironische tekst geschreven “10.000 lemmings can’t be wrong”, naar aanleiding van het voorval waarbij deze beestjes zich massaal in een afgrond hadden gestort. Volgens hem kon dit toch niet helemaal zonder reden geweest zijn. In een zoektocht naar goedkope brandstof had hij eens en deal gemaakt met Van Gend en Loos, van wie hij voor een prikkie oude pallets kon krijgen. Die werden zelfs nog bezorgd ook. Een middagje sjouwen met enkele door hem gemobiliseerde buren resulteerde zo in een enorme stapel pallets voor zijn huis, die lekker brandden en het in kleine stukjes gehakt ook goed deden als aanmaakhoutjes voor de barbecue. Frits dronk graag, vooral jenever was zijn favoriet. Als je soms ’s morgens bij hem binnen liep – hij kwam vaak in de koffiepauze van zijn werk, in het nabij gelegen Azivo ziekenfonds thuis voor een versnapering – had hij de fles al open.

Wanneer Frits thuis was zat hij vrijwel constant achter de piano. Hij speelde en zong alles wat los en vast zat, of het nou rock ‘n’ roll, blues, Amerikaanse jaren ’40 – ’50 muziek, rockabilly of Nederlandse levensliederen was. Het liefst alles door elkaar heen. Later heeft hij zijn woonkamer voor zijn favoriete stamkroegen verruild waar hij in ruil voor een gevuld glas de aanwezige gasten vermaakte. Toen in 1985 ‘De Hof’ gerenoveerd werd heeft dat aan Frits’ woonstijl niets veranderd. Direct heeft hij zijn houtkachel weer op zijn vertrouwde plek gezet op de kale betonnen vloer. Om vloerbedekking heeft hij zich nooit bekommerd. Het enige verschil was dat er nu wel gas en licht was maar voor de rest bleef alles het zelfde.

De laatste jaren ging het met Frits wat minder. Zijn levensstijl begon zijn tol te eisen en hij raakte zijn huis kwijt. Spelen kon hij echter nog steeds en dat is hij tot het einde blijven doen.

In 2000 is er een documentaire over hem gemaakt door André Bijma en André Niekerk. Deze is hier te bekijken.

2 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *